Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- reflecteren:
-
Wiktionary:
- reflecteren → reflektieren
- reflecteren → reflektieren, rückstrahlen, abdanken, aufschieben, austreiben, ausweisen, aus dem Dienst entfernen, entlassen, aus dem Dienst entlassen, exen, fortjagen, fristen, stunden, übersenden, verabschieden, vertagen, vertreiben, verzögern, wegjagen, zurücksenden, bedenken, erwägen, sich überlegen
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor reflecteren (Nederlands) in het Duits
reflecteren:
-
reflecteren (weerspiegelen; terugkaatsen)
reflektieren; widerspiegeln; spiegeln-
reflektieren werkwoord (reflektiere, reflektierst, reflektiert, reflektierte, reflektiertet, reflektiert)
-
widerspiegeln werkwoord (widerspiegele, widerspiegelst, widerspiegelt, widerspiegelte, widerspiegeltet, widerspiegelt)
-
-
reflecteren (terugkaatsen; stuiten; weerkaatsen; echoën; terugstoten)
-
reflecteren
Conjugations for reflecteren:
o.t.t.
- reflecteer
- reflecteert
- reflecteert
- reflecteren
- reflecteren
- reflecteren
o.v.t.
- reflecteerde
- reflecteerde
- reflecteerde
- reflecteerden
- reflecteerden
- reflecteerden
v.t.t.
- ben gereflecteerd
- bent gereflecteerd
- is gereflecteerd
- zijn gereflecteerd
- zijn gereflecteerd
- zijn gereflecteerd
v.v.t.
- was gereflecteerd
- was gereflecteerd
- was gereflecteerd
- waren gereflecteerd
- waren gereflecteerd
- waren gereflecteerd
o.t.t.t.
- zal reflecteren
- zult reflecteren
- zal reflecteren
- zullen reflecteren
- zullen reflecteren
- zullen reflecteren
o.v.t.t.
- zou reflecteren
- zou reflecteren
- zou reflecteren
- zouden reflecteren
- zouden reflecteren
- zouden reflecteren
diversen
- reflecteer!
- reflecteert!
- gereflecteerd
- reflecterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor reflecteren:
Wiktionary: reflecteren
reflecteren
Cross Translation:
verb
-
een beeld weerkaatsen
- reflecteren → reflektieren
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• reflecteren | → reflektieren; rückstrahlen | ↔ refléter — renvoyer l’image, la lumière ou la couleur. |
• reflecteren | → abdanken; aufschieben; austreiben; ausweisen; aus dem Dienst entfernen; entlassen; aus dem Dienst entlassen; exen; fortjagen; fristen; reflektieren; rückstrahlen; stunden; übersenden; verabschieden; vertagen; vertreiben; verzögern; wegjagen; zurücksenden | ↔ renvoyer — envoyer de nouveau. |
• reflecteren | → reflektieren; rückstrahlen; bedenken; erwägen; sich überlegen | ↔ réfléchir — À trier |
Computer vertaling door derden: