Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
-
godslasteren:
-
Wiktionary:
godslasteren → lästern, fluchen, beschimpfen, verhöhnen
-
Wiktionary:
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor godslasteren (Nederlands) in het Duits
godslasteren: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- god: Herr; Gottheit; Göttlichkeit; Allmächtiger; Gott; Götzenbild
- lasteren: verletzen; beleidigen; kränken; schmähen; düpieren; klatschen; lästern; tratschen
- God: Gottheit; Schöpfer; Gott; Herrgott; Allmächtiger; Heiliger Vater; Jahve; Jehova
- laster: Laster; Schande; Schmach; Lästerung; Getratsch; Lästerrede; Klatsch; Gerede; Verleumdung; Tratsch; Klatschen; Schwatz; Geschwätz; Geklatsch; Klatscherei; Geplapper; Getratsche; Anschwärzung
Spelling Suggesties voor: godslasteren
- Searching for suggestions...
Wiktionary: godslasteren
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• godslasteren | → lästern; fluchen; beschimpfen; verhöhnen | ↔ blasphémer — proférer un blasphème ou des blasphèmes. |
Computer vertaling door derden:
Duits
Suggesties voor godslasteren in het Duits
Spelling Suggesties voor: godslasteren
- Searching for suggestions...
Computer vertaling door derden: