Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. beslag:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor beslag (Nederlands) in het Duits

beslag:

beslag [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het beslag
    der Teig
    • Teig [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor beslag:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Teig beslag deeg; dikke zalf; pasta

Wiktionary: beslag

beslag
noun
  1. een confiscatie
  2. vloeibaar deeg
beslag
noun
  1. aus mehreren Zutaten bestehende (häufig dickflüssige) formbare Masse, die meist als Grundstoff für Gebäck dient
  2. juristisch: Beschlagnahme von Gegenständen zum Zwecke der Gläubigerbefriedigung
  3. österr.|: Beschlagnahme, Pfändung

Cross Translation:
FromToVia
beslag Backteig; Panade batter — A beaten mixture of flour and liquid, used for baking

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van beslag