Nederlands
Uitgebreide vertaling voor nochtans (Nederlands) in het Duits
nochtans:
-
nochtans (doch; echter; maar; niettemin)
aber; doch; allerdings; allein-
aber bijvoeglijk naamwoord
-
doch bijvoeglijk naamwoord
-
allerdings bijvoeglijk naamwoord
-
allein bijvoeglijk naamwoord
-
-
nochtans (niettemin; desondanks; toch; evenwel)
trotzdem; jedoch; trotz; dennoch; allerdings; dessenungeachtet-
trotzdem bijvoeglijk naamwoord
-
jedoch bijvoeglijk naamwoord
-
trotz bijvoeglijk naamwoord
-
dennoch bijvoeglijk naamwoord
-
allerdings bijvoeglijk naamwoord
-
dessenungeachtet bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor nochtans:
Synoniemen voor "nochtans":
Verwante definities voor "nochtans":
Wiktionary: nochtans
nochtans
-
mit dem Genitiv, seltener, in der Schweiz häufiger mit dem Dativ: ungeachtet eines bestimmten Umstandes; ohne Rücksicht auf etwas; einer Sache zum Trotz