Overzicht
Frans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. jardin:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor jardin (Frans) in het Zweeds

jardin:

jardin [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le jardin (jardin ouvrier; jardin familial; domaine; )
    trädgård
  2. le jardin
  3. le jardin (territoire; terrain; emplacement; )
    area; yta
    • area [-en] zelfstandig naamwoord
    • yta [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor jardin:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
area champ; domaine; emplacement; enclos; jardin; jardin familial; jardin ouvrier; rayon; région; site; terrain; territoire; zone secteur
gård agricultures; cour intérieure; enclos; fermes; jardin intérieur; patio; préau
gårdsplan avant-cour; cour intérieure; emplacement; enclos; hall; jardin intérieur; patio; préau; vestibule
trädgård cour; cour de ferme; domaine; enclos; jardin; jardin familial; jardin ouvrier; terrain arrière-cour; jardin derrière la maison
yta champ; domaine; emplacement; enclos; jardin; jardin familial; jardin ouvrier; rayon; région; site; terrain; territoire; zone plan; superficie; surface; surface du sol; zone
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
gård jardin
gårdsplan jardin

Synoniemen voor "jardin":


Wiktionary: jardin

jardin
noun
  1. Lieu où l’on cultive les plantes

Cross Translation:
FromToVia
jardin trädgård garden — decorative piece of land outside with flowers and plants
jardin trädgård; tomt garden — grounds at the front or back of a house
jardin gård; trädgård; tomt yard — land around a house
jardin trädgård tuin — een omheind stuk grond waar bloemen gekweekt of groenten geteeld worden
jardin trädgård Garten — ein angenehm und erholsam empfundenes Gelände oft in der Nähe eines Wohnhauses, in dem Gemüse und Obst angebaut oder Blumen gezogen werden oder das einfach zur Zierde dient
jardin park Park — hauptsächlich mit Pflanzen gestaltetes weiträumiges Gelände

Verwante vertalingen van jardin