Overzicht
Frans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. verges:


Frans

Uitgebreide vertaling voor verges (Frans) in het Zweeds

verges:

verges [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la verges (manches; tiges; puits; timon)
    skaft; spjut; spiror
    • skaft [-ett] zelfstandig naamwoord
    • spjut [-ett] zelfstandig naamwoord
    • spiror zelfstandig naamwoord
  2. la verges (tige; baguette)
    stång; käpp
    • stång [-en] zelfstandig naamwoord
    • käpp [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor verges:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
käpp baguette; tige; verges barre; barreau; bâton; canne; hampe de roseau; jonc; lingot; perche; pourriture; putréfaction; rai; rayon; roseau; roseaux fluviatiles; rotin; tringle
skaft manches; puits; tiges; timon; verges anse; jambe; levier; loquet; loqueteau; manche; manette; phylum; poignée; poignée de porte; prise; tibia; tige; tronc; verge
spiror manches; puits; tiges; timon; verges
spjut manches; puits; tiges; timon; verges lance
stång baguette; tige; verges barre; barre de chocolat; barre transversale; barreau; barreaux; bâton; bâton de chocolat; grillage; grille; grilles; lingot; mât; pilier; poutre transversale; rai; rayon; traverse; tringle