Train in het Zweeds vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Zweeds: Meer gegevens...

train:
- tåg; släptåg; kungligt hushåll; hov; fart; hastighet; bana; lopp; kapplöpning
Wiktionary:
- train → tåg, järnvägståg
- train → tåg, persontåg, godståg

Frans

Uitgebreide vertaling voor train (Frans) in het Zweeds

le train
tåg
- tåg [-ett] zelfstandig naamwoord
le train (cortège; suite)
tåg; släptåg
- tåg [-ett] zelfstandig naamwoord
- släptåg [-ett] zelfstandig naamwoord
le train (cour; maison du roi; servants à la cour; personnel de la cour)
kungligt hushåll; hov
- kungligt hushåll zelfstandig naamwoord
- hov [-ett] zelfstandig naamwoord
le train (vitesse; urgence; vitesse de conduite; rapidité; précipitation)
fart; hastighet
- fart [-en] zelfstandig naamwoord
- hastighet [-en] zelfstandig naamwoord
le train (cours; marche)
bana; lopp; kapplöpning
- bana [-en] zelfstandig naamwoord
- lopp [-ett] zelfstandig naamwoord
- kapplöpning [-en] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bana	cours; marche; train	carrière dans la vie professionnelle; itinéraire; manche; orbite; parcours; portion de route; ronde; rotation; route; révolution; tour; tournée; trajectoire; trajet; voie
fart	allure; précipitation; rapidité; train; urgence; vitesse; vitesse de conduite	ardeur; caractère; dynamisme; ferveur; force; force propulsive; fougue; poussée; propulsion; rapidité; ressort; vitalité; âme; énergie
hastighet	allure; précipitation; rapidité; train; urgence; vitesse; vitesse de conduite	agilité; empressement; hâte; précipitation
hov	cour; maison du roi; personnel de la cour; servants à la cour; train	cortège royal; fer à cheval; rabot; suite royale; tussilage
kapplöpning	cours; marche; train	course
kungligt hushåll	cour; maison du roi; personnel de la cour; servants à la cour; train
lopp	cours; marche; train	course; course à pied; sprint
släptåg	cortège; suite; train	remorques
tåg	cortège; suite; train	apparat; corde; cortège; câble; cérémonie; défilé; défilé religieux; formalités; procession; rame; trains
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
lopp		courir; faire de la course; faire de la vitesse; foncer

train

noun

ferro|fr convoi ferroviaire constitué d’au moins une locomotive et de wagons. note S’emploie, plus rarement, en astronautique et dans les transports routiers.
- train → tåg; järnvägståg

Cross Translation:

From	To	Via
• train	→ tåg	↔ Zug — mehrere hintereinander gekoppelte Fahrzeuge (speziell auf Schienen)
• train	→ tåg; persontåg; godståg	↔ train — line of connected cars or carriages