Rancune in het Zweeds vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Zweeds: Meer gegevens...

rancune:
- avund; missunsamhet; agg; ovilja; groll; bitterhet; förbittring; fejd; ovänskap; fiendskap; animositet; osämja; hämndkänsla; hämndbegär; hämndlystnad
Wiktionary:
- rancune → agg, groll, ovilja
- rancune → agg, groll, vrede, kvävd vrede, rancune

Frans

Uitgebreide vertaling voor rancune (Frans) in het Zweeds

la rancune (ressentiment; amertume; aigreur)
avund; missunsamhet; agg; ovilja; groll
- avund [-en] zelfstandig naamwoord
- missunsamhet zelfstandig naamwoord
- agg [-ett] zelfstandig naamwoord
- ovilja [-en] zelfstandig naamwoord
- groll [-ett] zelfstandig naamwoord
la rancune (amertume; rancoeur; aigreur)
bitterhet; förbittring
- bitterhet [-en] zelfstandig naamwoord
- förbittring [-en] zelfstandig naamwoord
la rancune (animosité; haine; hostilité)
fejd; ovänskap; fiendskap; animositet
- fejd [-en] zelfstandig naamwoord
- ovänskap zelfstandig naamwoord
- fiendskap [-en] zelfstandig naamwoord
- animositet [-en] zelfstandig naamwoord
la rancune (ressentiment; haine; dépit; hostilité; animosité; aigreur; inimitié)
fejd; osämja; fiendskap; animositet
- fejd [-en] zelfstandig naamwoord
- osämja [-en] zelfstandig naamwoord
- fiendskap [-en] zelfstandig naamwoord
- animositet [-en] zelfstandig naamwoord
la rancune (esprit de vengeance; rancoeur)
hämndkänsla
- hämndkänsla zelfstandig naamwoord
la rancune (désir de vengeance; soif de vengeance; rancoeur; ressentiment)
hämndbegär; hämndlystnad
- hämndbegär [-ett] zelfstandig naamwoord
- hämndlystnad zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
agg	aigreur; amertume; rancune; ressentiment
animositet	aigreur; animosité; dépit; haine; hostilité; inimitié; rancune; ressentiment
avund	aigreur; amertume; rancune; ressentiment	envie; jalousie; ressentiment; émulation
bitterhet	aigreur; amertume; rancoeur; rancune	aigreur; âcreté; âpreté
fejd	aigreur; animosité; dépit; haine; hostilité; inimitié; rancune; ressentiment
fiendskap	aigreur; animosité; dépit; haine; hostilité; inimitié; rancune; ressentiment	aversion; haine
förbittring	aigreur; amertume; rancoeur; rancune	aigreur; âcreté; âpreté
groll	aigreur; amertume; rancune; ressentiment
hämndbegär	désir de vengeance; rancoeur; rancune; ressentiment; soif de vengeance
hämndkänsla	esprit de vengeance; rancoeur; rancune
hämndlystnad	désir de vengeance; rancoeur; rancune; ressentiment; soif de vengeance
missunsamhet	aigreur; amertume; rancune; ressentiment
osämja	aigreur; animosité; dépit; haine; hostilité; inimitié; rancune; ressentiment
ovilja	aigreur; amertume; rancune; ressentiment
ovänskap	animosité; haine; hostilité; rancune

rancune

noun

Ressentiment tenace, sentiment profond de mal-être, ...
- rancune → agg; groll; ovilja

Cross Translation:

From	To	Via
• rancune	→ agg; groll	↔ Groll — gehoben: lang anhaltender, aber stiller Zorn, versteckter Hass, verborgene Feindschaft
• rancune	→ vrede; kvävd vrede	↔ Ingrimm — veraltet: starker Groll oder Zorn
• rancune	→ rancune	↔ Ranküne — gehoben, veraltend: heimliche Feindschaft, Groll, Rachsucht