Home ->Woordenboeken ->Frans/Zweeds ->Vertaal réuni

Vertaal réuni van Frans naar Zweeds

Overzicht

Frans naar Zweeds: Meer gegevens...

réuni:
- allihopa; med varandra; forma en enhet; tillsammans; sammantaget; kombinerad; kombinerat; ihop; alltsammans; förenad; förenat

Frans

Uitgebreide vertaling voor réuni (Frans) in het Zweeds

réuni:

réuni bijvoeglijk naamwoord

réuni (ensemble; en commun; commun)
allihopa; med varandra
- allihopa bijvoeglijk naamwoord
- med varandra bijvoeglijk naamwoord
réuni (uni; lié; allié; noué; unanimement; unanime)
forma en enhet
- forma en enhet bijvoeglijk naamwoord
réuni (ensemble; à deux; en commun; tous les deux; commun; collectif)
tillsammans
- tillsammans bijvoeglijk naamwoord
réuni (l'un dans l'autre; ensemble)
sammantaget
- sammantaget bijvoeglijk naamwoord
réuni (l'un dans l'autre; ensemble)
kombinerad; kombinerat
- kombinerad bijvoeglijk naamwoord
- kombinerat bijvoeglijk naamwoord
réuni (ensemble; collectif; conjointement; conjoint; en commun; concerté; commun; de concert; en somme)
ihop; alltsammans
- ihop bijvoeglijk naamwoord
- alltsammans bijvoeglijk naamwoord
réuni (solidaire; unanimement; lié; uni; unanime; solidairement; d'un commun accord; d'une seule voix)
förenad; förenat
- förenad bijvoeglijk naamwoord
- förenat bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor réuni:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
allihopa	commun; en commun; ensemble; réuni
alltsammans	collectif; commun; concerté; conjoint; conjointement; de concert; en commun; en somme; ensemble; réuni
forma en enhet	allié; lié; noué; réuni; unanime; unanimement; uni
förenad	d'un commun accord; d'une seule voix; lié; réuni; solidaire; solidairement; unanime; unanimement; uni
förenat	d'un commun accord; d'une seule voix; lié; réuni; solidaire; solidairement; unanime; unanimement; uni	attaché; collé; connecté; fixé; lié
ihop	collectif; commun; concerté; conjoint; conjointement; de concert; en commun; en somme; ensemble; réuni
kombinerad	ensemble; l'un dans l'autre; mis ensemble; réuni
kombinerat	ensemble; l'un dans l'autre; mis ensemble; réuni
med varandra	commun; en commun; ensemble; réuni	mutuellement
sammantaget	ensemble; l'un dans l'autre; réuni
tillsammans	collectif; commun; en commun; ensemble; réuni; tous les deux; à deux	collectif; conjointement; en commun; ensemble; entre nous

Synoniemen voor "réuni":

annexé; rattaché; uni; joint; rejoint; bloqué; groupé; massé; regroupé; empêché; cerné; assemblé; lié; ligué; coalisé; associé; relié; rassemblé; cohérent

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van réuni

être réuni