Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor femme (Frans) in het Zweeds

femme:

femme [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la femme (épouse; compagne; partenaire)
    make eller maka; fru; livspartner; man
  2. la femme (épouse; compagne; partenaire)
    äktapar; man; fru
    • äktapar zelfstandig naamwoord
    • man [-ett] zelfstandig naamwoord
    • fru [-en] zelfstandig naamwoord
  3. la femme (nana; mégère; fille)
    kvinna; fru
    • kvinna [-en] zelfstandig naamwoord
    • fru [-en] zelfstandig naamwoord
  4. la femme (bonne femme; mégère; fille; )
    kvinna
    • kvinna [-en] zelfstandig naamwoord
  5. la femme (épouse; partenaire)
    livskamrat; äkta hälft; fru; maka; make; man
    • livskamrat zelfstandig naamwoord
    • äkta hälft zelfstandig naamwoord
    • fru [-en] zelfstandig naamwoord
    • maka [-en] zelfstandig naamwoord
    • make [-en] zelfstandig naamwoord
    • man [-ett] zelfstandig naamwoord
  6. la femme (femme au foyer)
    hemmafru
  7. la femme (compagne de vie; épouse)
    livsledsagare; livskamrat

Vertaal Matrix voor femme:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fru compagne; femme; fille; mégère; nana; partenaire; épouse maîtresse; patronne
hemmafru femme; femme au foyer femme au foyer
kvinna bonne; bonne femme; créature; femelle; femme; fille; mégère; nana
livskamrat compagne de vie; femme; partenaire; épouse compagnon; conjoint; homme; mari; épouse; époux
livsledsagare compagne de vie; femme; épouse compagnon; conjoint; homme; mari; épouse; époux
livspartner compagne; femme; partenaire; épouse
maka femme; partenaire; épouse autre moitié; moitié; épouse; époux
make femme; partenaire; épouse autre moitié; compagnon; conjoint; homme; individu; mari; moitié; partenaire; personne du sexe masculin; épouse; époux
make eller maka compagne; femme; partenaire; épouse
man compagne; femme; partenaire; épouse crinière; gars; homme; individu; mec; monsieur; personne du sexe masculin; type; zèbre; époux
äkta hälft femme; partenaire; épouse
äktapar compagne; femme; partenaire; épouse

Synoniemen voor "femme":


Wiktionary: femme

femme
noun
  1. Être humain adulte de sexe féminin

Cross Translation:
FromToVia
femme tjej girl — woman
femme hustru; maka; fru wife — married woman
femme kvinna woman — adult female human being
femme hustru; fru vrouw — de vrouwelijke partner in een huwelijk
femme kvinna vrouw — een volwassen vrouwelijke mens
femme hustru; fru; äkta maka Ehefrau — verheiratete Frau in Beziehung zu ihrem Mann
femme maka; hustru; fru Frauverheiraten Frau, Ehefrau
femme kvinna Frauerwachsener, weiblicher Mensch
femme fru; maka; hustru Gattin — verheiratete Frau in Beziehung zu ihrem Mann

Verwante vertalingen van femme