Frans
Uitgebreide vertaling voor bubon (Frans) in het Zweeds
bubon:
-
le bubon (petit bouton sur le corps; enflure 2; bulle; ampoule; bosse; tumeur; enflure; quignon; lésion; contusion; gonflement; abcès; meurtrissure; tuméfaction)
finne; kvissla; akneutslag; blobba-
finne zelfstandig naamwoord
-
akneutslag zelfstandig naamwoord
-
blobba zelfstandig naamwoord
-
-
le bubon (enflure; tuméfaction; ampoule; bosse; gonflement; meurtrissure; tumeur; abcès)
-
le bubon (enflure; gonflement; bouton; quignon; tuméfaction; bulle; ampoule; bosse; lésion; contusion; tumeur; abcès; meurtrissure)