Overzicht
Frans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bâclage:


Frans

Uitgebreide vertaling voor bâclage (Frans) in het Zweeds

bâclage:

bâclage [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le bâclage (bousillage)
    klumpig; fumlig; klåpig
  2. le bâclage (bousillage; bricolage; brouillon; )
    fuskverk; klåperi

Vertaal Matrix voor bâclage:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fumlig bousillage; bâclage
fuskverk bazar; bousillage; bricolage; brouillon; bâclage; gribouillage; pagaille; saletés
klumpig bousillage; bâclage
klåperi bazar; bousillage; bricolage; brouillon; bâclage; gribouillage; pagaille; saletés
klåpig bousillage; bâclage
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fumlig empaillé; empoté; gauche; godiche; pataud
klumpig avec maladresse; bien en chair; de manière dégindandée; difficile; dodu; dégingandé; embarrassant; gauche; gauchement; gênant; maladroit; maladroitement; malhabile; potelé; pénible

Synoniemen voor "bâclage":