Overzicht
Frans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. accompagnatrice:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor accompagnatrice (Frans) in het Zweeds

accompagnatrice:

accompagnatrice [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'accompagnatrice (guide)
    följeslagare; guide; beledsagare; följslagerska

Vertaal Matrix voor accompagnatrice:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beledsagare accompagnatrice; guide
följeslagare accompagnatrice; guide associé; camarade; compagne; compagnon; compagnon de voyage; partenaire
följslagerska accompagnatrice; guide
guide accompagnatrice; guide Assistant; celui qui guide les visiteurs; guide; manager; manuel; mentor; modèle; parrain; patron; personne qui sert de guide; protecteur; tuteur

Synoniemen voor "accompagnatrice":


Wiktionary: accompagnatrice

accompagnatrice
noun
  1. Féminin singulier de accompagnateur.