Overzicht
Frans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. pâturer:
    • Wiktionary:
      pâturer → beta
      pâturer → beta
    • Synoniemen voor "pâturer":
      pacager; paître; brouter; manger; viander; accidenter


Frans

Uitgebreide vertaling voor pâturer (Frans) in het Zweeds

Spelling Suggesties voor: pâturer

  • Searching for suggestions...

pâturer:


Synoniemen voor "pâturer":


Wiktionary: pâturer

pâturer
verb
  1. éleva|fr Prendre sa pâture, paître, brouter.

Cross Translation:
FromToVia
pâturer beta äsen — Gras fressen, weiden (von Tieren).

Computer vertaling door derden:


Zweeds

Suggesties voor pâturer in het Zweeds

Spelling Suggesties voor: pâturer

  • Searching for suggestions...
Computer vertaling door derden: