Frans
Uitgebreide vertaling voor obstiné (Frans) in het Zweeds
obstiné:
-
obstiné (entêté; obstinément)
-
obstiné (buté; têtu; entêté; contrariant; réticent; inflexible; revêche)
motspänstigt; gensträvigt; gensträvig-
motspänstigt bijvoeglijk naamwoord
-
gensträvigt bijvoeglijk naamwoord
-
gensträvig bijvoeglijk naamwoord
-
-
obstiné (persistant; acharné; obstinément; persévérant; avec acharnement)
-
obstiné (entêté; buté; têtu; tenace; obstinément; opiniâtre; opiniâtrement)
envis; självsvåldigt; egensinnigt; oresonligt; envist; självsvåldig-
envis bijvoeglijk naamwoord
-
självsvåldigt bijvoeglijk naamwoord
-
egensinnigt bijvoeglijk naamwoord
-
oresonligt bijvoeglijk naamwoord
-
envist bijvoeglijk naamwoord
-
självsvåldig bijvoeglijk naamwoord
-
-
obstiné (têtu; obstinément; opiniâtre)
tjurig; halstarrig; envis; envist; tjurigt; halstarrigt-
tjurig bijvoeglijk naamwoord
-
halstarrig bijvoeglijk naamwoord
-
envis bijvoeglijk naamwoord
-
envist bijvoeglijk naamwoord
-
tjurigt bijvoeglijk naamwoord
-
halstarrigt bijvoeglijk naamwoord
-
-
obstiné (d'une façon récalcitrante; récalcitrant; serré; raide; rebelle; tendu; tenace; en rebelle; insubordonnée; fixe; réticent; taciturne; têtu; rigide; retenu; réservé; impassible; intransigeant; inébranlable; à contrecoeur; insoumis; inflexible; revêche; fixement; indocile)
-
obstiné (têtu; acharné; récalcitrant; obstinément)
gensträvigt; vrång; gensträvig; vrångt; halsstarrigt-
gensträvigt bijvoeglijk naamwoord
-
vrång bijvoeglijk naamwoord
-
gensträvig bijvoeglijk naamwoord
-
vrångt bijvoeglijk naamwoord
-
halsstarrigt bijvoeglijk naamwoord
-
-
obstiné (buté; en rebelle; têtu; récalcitrant; indocile; insubordonnée; à contrecoeur; insoumis; opiniâtre; réticent; contrariant; entêté; d'une façon récalcitrante)
Vertaal Matrix voor obstiné:
Synoniemen voor "obstiné":
Wiktionary: obstiné
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• obstiné | → hårdnackad | ↔ hartnäckig — auf etwas eigensinnig, beharrlich, unnachgiebig bestehend |
• obstiné | → obstinat | ↔ obstinat — bildungssprachlich: halsstarrig, widerspenstig |