Home ->Woordenboeken ->Frans/Zweeds ->Zoek: voyageur

Franse en Zweedse zoekresultaten voor: voyageur

Overzicht

Frans naar Zweeds: Meer gegevens...

voyageur:
- passagerare; resande
- reslysten
Wiktionary:
- voyageur → resande, trafikant
- voyageur → gäst, resenär, upptäcksresande

Frans

Uitgebreide vertaling voor voyageur (Frans) in het Zweeds

voyageur:

voyageur [le ~] zelfstandig naamwoord

le voyageur (passager; occupant)
passagerare; resande
- passagerare [-en] zelfstandig naamwoord
- resande [-en] zelfstandig naamwoord
le voyageur
resande
- resande [-en] zelfstandig naamwoord

voyageur bijvoeglijk naamwoord

voyageur
reslysten
- reslysten bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor voyageur:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
passagerare	occupant; passager; voyageur	passager; passagers; passagère; petit fardeau
resande	occupant; passager; voyageur	résurrection
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
resande		ambulant; migrant; voyageant
reslysten	voyageur

Synoniemen voor "voyageur":

explorateur; chercheur; prospecteur; navigateur; découvreur; globe-trotter; bourlingueur; routard; itinérant; nomade; bohémien; ambulant; errant; vagabond; tsigane; gitan; bédouin; targui; passager; éphémère; transitoire; momentané; provisoire; temporaire; fugitif; touriste; vacancier; juillettiste; aoûtien; estivant; plaisancier; visiteur; hôte; invité; représentant; campeur; pèlerin; migrateur

Wiktionary: voyageur

voyageur

noun

Celui, celle qui voyage.
- voyageur → resande; trafikant

Cross Translation:

From	To	Via
• voyageur	→ gäst	↔ Gast — Person, die unentgeltlich oder gegen Entgelt beherbergen, bewirten oder befördern wirdWikipedia\|Gast
• voyageur	→ resenär; upptäcksresande	↔ traveller — one who travels

Verwante vertalingen van voyageur