Home ->Woordenboeken ->Frans/Zweeds ->Zoek: faucille

Franse en Zweedse zoekresultaten voor: faucille

Overzicht

Frans naar Zweeds: Meer gegevens...

faucille:
- skära
Wiktionary:
- faucille → skära

Frans

Uitgebreide vertaling voor faucille (Frans) in het Zweeds

faucille:

faucille [la ~] zelfstandig naamwoord

la faucille (faucillon; croissant)
skära
- skära [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor faucille:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
skära	croissant; faucille; faucillon	coupure; intersection; recoupement; serpe; serpette; ébranchoir
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
skära		cingler; cisailler; couper; couper en deux; craquer; crisser; croasser; créneler; diviser; entailler; entamer; entrecouper; faire des entailles; faire un clic; faucher; fouetter; frotter; graver sur bois; grincer; irriter; jouer avec effet; mordre; piquer; polir; raboter; racler; râper; sculpter sur bois; tailler; trancher

Synoniemen voor "faucille":

croissant; graduel; grandissant; progressif; poussant; faux; serpe; fauchon; hachette; serpette; vouge; ébranchoir

Wiktionary: faucille

Cross Translation:

From	To	Via
• faucille	→ skära	↔ Sichel — Werkzeug zum Schneiden von Getreide oder Gras, im Gegensatz zur Sense ohne langen Stiel
• faucille	→ skära	↔ sickle — agricultural implement