Home ->Woordenboeken ->Frans/Zweeds ->Zoek: mode

Franse en Zweedse zoekresultaten voor: mode

Overzicht

Frans naar Zweeds: Meer gegevens...

mode:
- sätt; vis; mode
- tonfall; modus
- läge
Wiktionary:
- mode → sätt, vis, skick, mod, modevaror, tillvarelseform, modus, metod, form, tonart
- mode → fluga, dagslända, mode, modus, kyrkotonart

Zweeds naar Frans: Meer gegevens...

mode:
- vogue; mode; tendance
Wiktionary:
- mode → mode, vogue

Frans

Uitgebreide vertaling voor mode (Frans) in het Zweeds

mode:

mode [la ~] zelfstandig naamwoord

la mode (vogue; tendance)
sätt; vis; mode
- sätt [-ett] zelfstandig naamwoord
- vis [-ett] zelfstandig naamwoord
- mode [-ett] zelfstandig naamwoord

mode [le ~] zelfstandig naamwoord

le mode (tonalité; ton)
tonfall
- tonfall [-ett] zelfstandig naamwoord
le mode (façon)
modus
- modus [-ett] zelfstandig naamwoord

mode

mode
läge
- läge [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mode:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
läge	mode	emplacement; localisation; position; situation
mode	mode; tendance; vogue
modus	façon; mode
sätt	mode; tendance; vogue	façon; genre; ligne de conduite; manière; méthode; procédure; procédé
tonfall	mode; ton; tonalité	accent; cadence; composition; inflexion de la voix; inflexions; intonation; intonations; ton
vis	mode; tendance; vogue

Synoniemen voor "mode":

actualité; événements; nouveauté; vogue; couture
façon; habitude; coutume; tradition; usage; règle; us; moeurs; manière; style; conduite; art
méthode; logique; procédé; formule; théorie; système; recette; modalité; condition; type; guide; pratique

Wiktionary: mode

mode

noun

Façon, manière, habitude collective, us ou coutume
- mode → sätt; vis; skick
Usage passager qui dépend du goût et du caprice
- mode → mod
Les ajustements, les parures à la mode pour l’habillement des femmes
- mode → modevaror
Manière d'être
- mode → sätt; tillvarelseform; modus
Manière de faire
- mode → sätt; metod; form
Musique
- mode → tonart
Linguistique
- mode → modus

Cross Translation:

From	To	Via
• mode	→ fluga; dagslända	↔ fad — phenomenon
• mode	→ mode	↔ fashion — current (constantly changing) trend, favored for frivolous rather than practical, logical, or intellectual reasons
• mode	→ modus	↔ mood — in grammar
• mode	→ mode	↔ vogue — the prevailing fashion or style
• mode	→ kyrkotonart	↔ Kirchentonart — Eine diatonische, heptatonische, Hiatuslose Tonleiter im Halbtonraum.

Verwante vertalingen van mode

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor mode (Zweeds) in het Frans

mode:

mode [-ett] zelfstandig naamwoord

mode (sätt; vis)
la vogue; la mode; la tendance
- vogue [la ~] zelfstandig naamwoord
- mode [la ~] zelfstandig naamwoord
- tendance [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mode:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
mode	mode; sätt; vis	modus; tonfall
tendance	mode; sätt; vis	andemening; begär; benägenhet; böjelse; drift; humör; håg; innebörd; innehåll; inställning; orientera på; sinnesstämning; starkt behov; temperament; tendens; trend
vogue	mode; sätt; vis	hets; mani
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
mode		läge

Synoniemen voor "mode":

trend; trender

Wiktionary: mode

Cross Translation:

From	To	Via
• mode	→ mode; vogue	↔ fashion — current (constantly changing) trend, favored for frivolous rather than practical, logical, or intellectual reasons
• mode	→ vogue; mode	↔ vogue — the prevailing fashion or style
• mode	→ vogue	↔ vogue — popularity or a current craze

Verwante vertalingen van mode

mode uttryck