Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. parasite:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor parasite (Frans) in het Nederlands

parasite:

parasite [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le parasite (pique-assiette; profiteur)
    de parasiet; de klaploper; de profiteur; de uitvreter
  2. le parasite (fayot; flagorneur; prétentieux; )
    de uitslover
  3. le parasite (écornifleur)
    het luxepaard; persoon die op kosten van een ander leeft

Vertaal Matrix voor parasite:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
klaploper parasite; pique-assiette; profiteur
luxepaard parasite; écornifleur
parasiet parasite; pique-assiette; profiteur
persoon die op kosten van een ander leeft parasite; écornifleur
profiteur parasite; pique-assiette; profiteur
uitslover bûcheur; fayot; flagorneur; flagorneuse; lèche-bottes; lécheur; lécheuse; paillasson; parasite; pique-assiette; prétentieux; reptile; écornifleur
uitvreter parasite; pique-assiette; profiteur

Synoniemen voor "parasite":


Wiktionary: parasite

parasite
noun
  1. klaploper, iemand die ten koste van een ander leeft, een profiteur

Cross Translation:
FromToVia
parasite parasiet; profiteur parasite — useless person who always relies on other people's work and gives nothing back
parasite parasiet parasite — (generally undesirable) living organism that exists by stealing resources from another living organism

Verwante vertalingen van parasite