Argot: vertaling Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

argot:
- streektaal; dialect; tongval; taaltje; straattaal; schuttingtaal; accent; vakbargoens
Wiktionary:
- argot → bargoens, jargon, groepstaal, slang
- argot → boeventaal, Bargoens, dialect, tongval, streektaal, gewesttaal

Frans

Uitgebreide vertaling voor argot (Frans) in het Nederlands

l'argot (dialecte; jargon; parler régional)
de streektaal; het dialect; de tongval; het taaltje
- streektaal [de ~] zelfstandig naamwoord
- dialect [het ~] zelfstandig naamwoord
- tongval [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- taaltje [het ~] zelfstandig naamwoord
l'argot
de straattaal; de schuttingtaal
- straattaal [de ~] zelfstandig naamwoord
- schuttingtaal [de ~] zelfstandig naamwoord
l'argot (accent; patois; jargon; dialecte)
het accent; het dialect; het taaltje; de tongval
- accent [het ~] zelfstandig naamwoord
- dialect [het ~] zelfstandig naamwoord
- taaltje [het ~] zelfstandig naamwoord
- tongval [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
l'argot (jargon professionel; jargon; baragouin)
vakbargoens
- vakbargoens [znw.] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
accent	accent; argot; dialecte; jargon; patois	accent; accent d'intensité; accent principal; accentuation; domaine qui mérite une attention particulière; inflexion; insistance
dialect	accent; argot; dialecte; jargon; parler régional; patois
schuttingtaal	argot
straattaal	argot
streektaal	argot; dialecte; jargon; parler régional	langue régionale
taaltje	accent; argot; dialecte; jargon; parler régional; patois
tongval	accent; argot; dialecte; jargon; parler régional; patois
vakbargoens	argot; baragouin; jargon; jargon professionel

argot

noun

Langage de convention utilisé à l’origine par les voleurs, les malfaiteurs.
- argot → bargoens
Vocabulaire et toutes particuliers utilisés exclusivement entre eux ceux qui exercent la même profession ou...
- argot → jargon
Traductions à trier suivant le sens
- argot → groepstaal; slang

Cross Translation:

From	To	Via
• argot	→ boeventaal; Bargoens	↔ cant — secret language
• argot	→ dialect; tongval; streektaal; gewesttaal	↔ Dialekt — Linguistik, Dialektologie: die ursprüngliche, landschaftlich verschiedene Redeweise einer Region im Gegensatz zur dort geltenden Schriftsprache und Umgangssprache (Hochsprache)