Overzicht
Frans naar Nederlands: Meer gegevens...
- sérieux:
-
Wiktionary:
- sérieux → ernstig, serieus, stemmig
- sérieux → ernst
- sérieux → bescheiden, gereserveerd, ernstig, sober, serieus, seriositeit, serieusheid, aanzienlijke, relevante, belangrijke, ernstige, pertinente, strenge, gedegen
Frans
Uitgebreide vertaling voor sérieux (Frans) in het Nederlands
sérieux:
-
sérieux (sincère; sérieusement; grave; gravement)
serieus; ernstig; werkelijk menend-
serieus bijvoeglijk naamwoord
-
ernstig bijvoeglijk naamwoord
-
werkelijk menend bijvoeglijk naamwoord
-
-
sérieux (très grave; sérieusement; gravement; gravissime)
-
sérieux (inquiétant; grave; mal; mauvais; fâcheux)
ernstig; van bedenkelijke aard; erg; kwalijk-
ernstig bijvoeglijk naamwoord
-
van bedenkelijke aard bijvoeglijk naamwoord
-
erg bijvoeglijk naamwoord
-
kwalijk bijvoeglijk naamwoord
-
-
sérieux (sérieusement; sincère; gravement; grave)
-
sérieux (solide; de bonne qualité; honnête)
deugdelijk; gedegen; van goede hoedanigheid; degelijk-
deugdelijk bijvoeglijk naamwoord
-
gedegen bijvoeglijk naamwoord
-
van goede hoedanigheid bijvoeglijk naamwoord
-
degelijk bijvoeglijk naamwoord
-
-
le sérieux (gravité; sévérité)
-
le sérieux (minutie)
-
le sérieux (gravité)
de serieusheid
Vertaal Matrix voor sérieux:
Synoniemen voor "sérieux":
Wiktionary: sérieux
sérieux
sérieux
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• sérieux | → bescheiden; gereserveerd; ernstig; sober | ↔ demure — modest, quiet, reserved |
• sérieux | → serieus; ernstig | ↔ serious — without humor or expression of happiness |
• sérieux | → serieus | ↔ serious — important; weighty; not trifling; leaving no room for play |
• sérieux | → ernstig; serieus | ↔ serious — really intending what is said; being in earnest |
• sérieux | → seriositeit; serieusheid | ↔ Seriosität — Ernsthaftigkeit, Vertrauenswürdigkeit |
• sérieux | → aanzienlijke; relevante; belangrijke; ernstige; pertinente; strenge | ↔ erheblich — beträchtlich, ins Gewicht fallend, wichtig, ernst |
• sérieux | → gedegen | ↔ gediegen — traditionell, zuverlässig, ordentlich |