Rigolo in het Nederlands vertaald uit het Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

rigolo:
- leuke; grappig; koddig; leuk; lollig; geinig; lachwekkend; komiek; komisch; geestig; humoristisch; kluchtig; humoristische; olijk; guitig; uiig
- grapjas; lolbroek; grappenmaker; potsenmaker; lachebek
Wiktionary:
- rigolo → grappig

Frans

Uitgebreide vertaling voor rigolo (Frans) in het Nederlands

rigolo:

rigolo bijvoeglijk naamwoord

rigolo (marrant; drôle; amusant)
leuke
- leuke bijvoeglijk naamwoord
rigolo (drôle; plaisant; comiquement; comique; marrant; amusant; chouette; gai; sympa; espiègle; chic; plaisamment; rigolote; de manière amusante; divertissant; plein d'esprit)
grappig; koddig; leuk; lollig; geinig; lachwekkend; komiek; komisch; geestig
- grappig bijvoeglijk naamwoord
- koddig bijvoeglijk naamwoord
- leuk bijvoeglijk naamwoord
- lollig bijvoeglijk naamwoord
- geinig bijvoeglijk naamwoord
- lachwekkend bijvoeglijk naamwoord
- komiek bijvoeglijk naamwoord
- komisch bijvoeglijk naamwoord
- geestig bijvoeglijk naamwoord
rigolo (comique; humoristique; drôle; humoriste; marrant; hilarant; bouffon; dérisoire; amusant; drôlement; risible; avec humour; sot; comiquement; sottement)
grappig; humoristisch; koddig; komisch; kluchtig; leuk; komiek
- grappig bijvoeglijk naamwoord
- humoristisch bijvoeglijk naamwoord
- koddig bijvoeglijk naamwoord
- komisch bijvoeglijk naamwoord
- kluchtig bijvoeglijk naamwoord
- leuk bijvoeglijk naamwoord
- komiek bijvoeglijk naamwoord
rigolo (humoristique; drôlement; drôle; plaisamment; marrant; plaisant; comique; bouffon; facétieux; comiquement)
humoristische
- humoristische bijvoeglijk naamwoord
rigolo (drôle; plaisant; espiègle; amusant; drôlement)
olijk; guitig
- olijk bijvoeglijk naamwoord
- guitig bijvoeglijk naamwoord
rigolo (marrant; drôle; comique; plaisant; amusant; humoristique)
uiig
- uiig bijvoeglijk naamwoord

rigolo [le ~] zelfstandig naamwoord

le rigolo (blagueur)
de grapjas; de lolbroek
- grapjas [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- lolbroek [de ~] zelfstandig naamwoord
le rigolo (farceur; clown; plaisantin)
de grappenmaker; de potsenmaker
- grappenmaker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- potsenmaker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
le rigolo (personne rieuse; rigolote; rieur)
de lachebek
- lachebek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor rigolo:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
grapjas	blagueur; rigolo
grappenmaker	clown; farceur; plaisantin; rigolo	bouffon; clown; comique; comédien; espiègle; farceur; paillasse; plaisantin
komiek		acteur; actrice; bouffon; clown; comique; comédien; comédienne; espiègle; farceur; paillasse; plaisantin
lachebek	personne rieuse; rieur; rigolo; rigolote
lolbroek	blagueur; rigolo	clown; comique; comédien; farceur; plaisantin
potsenmaker	clown; farceur; plaisantin; rigolo	pitre
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
geestig	amusant; chic; chouette; comique; comiquement; de manière amusante; divertissant; drôle; espiègle; gai; marrant; plaisamment; plaisant; plein d'esprit; rigolo; rigolote; sympa	animé; gai; gaie; gaiement; joyeuse; joyeusement; joyeux
geinig	amusant; chic; chouette; comique; comiquement; de manière amusante; divertissant; drôle; espiègle; gai; marrant; plaisamment; plaisant; plein d'esprit; rigolo; rigolote; sympa
grappig	amusant; avec humour; bouffon; chic; chouette; comique; comiquement; de manière amusante; divertissant; drôle; drôlement; dérisoire; espiègle; gai; hilarant; humoriste; humoristique; marrant; plaisamment; plaisant; plein d'esprit; rigolo; rigolote; risible; sot; sottement; sympa
guitig	amusant; drôle; drôlement; espiègle; plaisant; rigolo	coquinement; fripon; gamin; malicieusement; malicieux; polisson
humoristisch	amusant; avec humour; bouffon; comique; comiquement; drôle; drôlement; dérisoire; hilarant; humoriste; humoristique; marrant; rigolo; risible; sot; sottement
kluchtig	amusant; avec humour; bouffon; comique; comiquement; drôle; drôlement; dérisoire; hilarant; humoriste; humoristique; marrant; rigolo; risible; sot; sottement
koddig	amusant; avec humour; bouffon; chic; chouette; comique; comiquement; de manière amusante; divertissant; drôle; drôlement; dérisoire; espiègle; gai; hilarant; humoriste; humoristique; marrant; plaisamment; plaisant; plein d'esprit; rigolo; rigolote; risible; sot; sottement; sympa
komiek	amusant; avec humour; bouffon; chic; chouette; comique; comiquement; de manière amusante; divertissant; drôle; drôlement; dérisoire; espiègle; gai; hilarant; humoriste; humoristique; marrant; plaisamment; plaisant; plein d'esprit; rigolo; rigolote; risible; sot; sottement; sympa
komisch	amusant; avec humour; bouffon; chic; chouette; comique; comiquement; de manière amusante; divertissant; drôle; drôlement; dérisoire; espiègle; gai; hilarant; humoriste; humoristique; marrant; plaisamment; plaisant; plein d'esprit; rigolo; rigolote; risible; sot; sottement; sympa	burlesque; comique
lachwekkend	amusant; chic; chouette; comique; comiquement; de manière amusante; divertissant; drôle; espiègle; gai; marrant; plaisamment; plaisant; plein d'esprit; rigolo; rigolote; sympa	absurde; d'une manière insensée; dérisoire; hilarant; insensé; ridicule; ridiculement; risible; sot; sottement
leuk	amusant; avec humour; bouffon; chic; chouette; comique; comiquement; de manière amusante; divertissant; drôle; drôlement; dérisoire; espiègle; gai; hilarant; humoriste; humoristique; marrant; plaisamment; plaisant; plein d'esprit; rigolo; rigolote; risible; sot; sottement; sympa	accueillant; agréable; agréablement; aimable; aimablement; amical; amicalement; amusant; bien; charmant; cher; chouette; chère; chéri; de façon sympathique; de manière amusante; divertissant; drôle; engageant; gai; gentil; gentille; gentiment; joli; marrant; mignon; mignonne; plaisant; sympa; sympathiquement
lollig	amusant; chic; chouette; comique; comiquement; de manière amusante; divertissant; drôle; espiègle; gai; marrant; plaisamment; plaisant; plein d'esprit; rigolo; rigolote; sympa
olijk	amusant; drôle; drôlement; espiègle; plaisant; rigolo
uiig	amusant; comique; drôle; humoristique; marrant; plaisant; rigolo
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
humoristische	bouffon; comique; comiquement; drôle; drôlement; facétieux; humoristique; marrant; plaisamment; plaisant; rigolo
leuke	amusant; drôle; marrant; rigolo

Synoniemen voor "rigolo":

pitre; clown; saltimbanque; bouffon; amuseur; marrant; drôle; amusant

Wiktionary: rigolo

Cross Translation:

From	To	Via
• rigolo	→ grappig	↔ funny — amusing; comical

Remove Ads

Vertaal rigolo van Frans naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor rigolo (Frans) in het Nederlands

rigolo:

rigolo bijvoeglijk naamwoord

rigolo (marrant; drôle; amusant)

rigolo (drôle; plaisant; comiquement; comique; marrant; amusant; chouette; gai; sympa; espiègle; chic; plaisamment; rigolote; de manière amusante; divertissant; plein d'esprit)

rigolo (comique; humoristique; drôle; humoriste; marrant; hilarant; bouffon; dérisoire; amusant; drôlement; risible; avec humour; sot; comiquement; sottement)

rigolo (humoristique; drôlement; drôle; plaisamment; marrant; plaisant; comique; bouffon; facétieux; comiquement)

rigolo (drôle; plaisant; espiègle; amusant; drôlement)

rigolo (marrant; drôle; comique; plaisant; amusant; humoristique)

rigolo [le ~] zelfstandig naamwoord

le rigolo (blagueur)

le rigolo (farceur; clown; plaisantin)

le rigolo (personne rieuse; rigolote; rieur)

Vertaal Matrix voor rigolo:

Synoniemen voor "rigolo":

Wiktionary: rigolo