Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor rester immobile (Frans) in het Nederlands

rester immobile:

rester immobile werkwoord

  1. rester immobile (s'arrêter; se taire; retenir; )
    stoppen; inhouden; blijven staan; stilstaan; stilhouden
    • stoppen werkwoord (stop, stopt, stopte, stopten, gestopt)
    • inhouden werkwoord (houd in, houdt in, hield in, hielden in, ingehouden)
    • blijven staan werkwoord (blijf staan, blijft staan, bleef staan, bleven staan, staan gebleven)
    • stilstaan werkwoord (sta stil, staat stil, stond stil, stonden stil, stil gestaan)
    • stilhouden werkwoord (houd stil, houdt stil, hield stil, hielden stil, stil gehouden)
  2. rester immobile
    stil staan
    • stil staan werkwoord (sta stil, staat stil, stond stil, stonden stil, stil gestaan)
  3. rester immobile (être raidi; se raidir)
    stijf staan
    • stijf staan werkwoord (sta stijf, staat stijf, stond stijf, stonden stijf, stijf gestaand)
  4. rester immobile (arrêter; geler; se paralyser)
    stilstaan; tot stilstand komen
    • stilstaan werkwoord (sta stil, staat stil, stond stil, stonden stil, stil gestaan)
    • tot stilstand komen werkwoord (kom tot stilstand, komt tot stilstand, kwam tot stilstand, kwamen tot stilstand, tot stilstand gekomen)

Vertaal Matrix voor rester immobile:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inhouden renfermer
stilhouden arrêter
stoppen arrêt; arrêter; bouchage
tot stilstand komen s'arrêter
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blijven staan faire halte; ne plus bouger; rester immobile; rester à sa place; retenir; s'arrêter; se contenir; se retenir; se taire; se tenir tranquille
inhouden faire halte; ne plus bouger; rester immobile; rester à sa place; retenir; s'arrêter; se contenir; se retenir; se taire; se tenir tranquille comporter; contenir; décompter; déduire; garder; impliquer; renfermer; retenir; se commander; se contenir; se posséder; signifier; vouloir dire
stijf staan rester immobile; se raidir; être raidi
stil staan rester immobile
stilhouden faire halte; ne plus bouger; rester immobile; rester à sa place; retenir; s'arrêter; se contenir; se retenir; se taire; se tenir tranquille
stilstaan arrêter; faire halte; geler; ne plus bouger; rester immobile; rester à sa place; retenir; s'arrêter; se contenir; se paralyser; se retenir; se taire; se tenir tranquille
stoppen faire halte; ne plus bouger; rester immobile; rester à sa place; retenir; s'arrêter; se contenir; se retenir; se taire; se tenir tranquille abandonner; achever; arrêter; boucher; calfater; calfeutrer; casser; cesser; colmater; conclure; couper; donner un coup de frein; débrancher; débrayer; déconnecter; décrocher; défaire; dégrafer; délimiter; déserter; détacher; dételer; dévisser; en finir; faire halte; finir; freiner; interrompre; laisser; limiter; mettre au point; mettre fin à; obturer; parachever; parvenir à enlever; prendre fin; ralentir; reboucher; renoncer à; résilier; s'achever; s'arrêter; se terminer; stopper; suspendre; taper; tenir levé; terminer; étancher; être éliminé
tot stilstand komen arrêter; geler; rester immobile; se paralyser

Verwante vertalingen van rester immobile