Frans

Uitgebreide vertaling voor qualifié (Frans) in het Nederlands

qualifié:

qualifié bijvoeglijk naamwoord

  1. qualifié (compétent; capable; bon; )
    geschikt; bekwaam; competent; capabel
  2. qualifié (expérimenté; entraîné; habile)
    ervaren
  3. qualifié (formé)
    geschoold; geleerd; onderwezen
  4. qualifié (diplômé; compétent)
    gekwalificeerd; gediplomeerd
  5. qualifié (autorisé; compétent; habilité; légitime; licite)
    bevoegd
  6. qualifié (autorisé; légitime; licite)
    gerechtigd; gewettigd
  7. qualifié (compétent; professionnel; intelligent; expert; spécialisé)
    vakbekwaam; vakkundig; competent; deskundig; oordeelkundig; ter zake kundig
  8. qualifié (expérimenté; expert)
    doorkneed

Vertaal Matrix voor qualifié:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ervaren remarquer; ressentir; s'apercevoir de; sentir; subir; vivre; éprouver
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bekwaam apte; bon; capable; compétent; expert; habile; professionnel; qualifié; spécialisé adroit; adroitement; agile; agilement; apte; capable; compétent; entraîné; exercé; habile; habilement
bevoegd autorisé; compétent; habilité; licite; légitime; qualifié
capabel apte; bon; capable; compétent; expert; habile; professionnel; qualifié; spécialisé
competent apte; bon; capable; compétent; expert; habile; intelligent; professionnel; qualifié; spécialisé
deskundig compétent; expert; intelligent; professionnel; qualifié; spécialisé
doorkneed expert; expérimenté; qualifié
ervaren entraîné; expérimenté; habile; qualifié
gediplomeerd compétent; diplômé; qualifié
gekwalificeerd compétent; diplômé; qualifié
geleerd formé; qualifié cultivé; savant; érudit
gerechtigd autorisé; licite; légitime; qualifié
geschikt apte; bon; capable; compétent; expert; habile; professionnel; qualifié; spécialisé acceptable; adapté; adéquat; agréable; agréablement; aimable; aimablement; approprié; apte; avec raison; bon; bonhomme; capable de travailler; comme il faut; convenable; convenablement; correspondant; de façon sympathique; décent; en capacité de travail; gentil; gentiment; honnête; plaisamment; plaisant; proportionné; raisonable; raisonablement; sympathique
geschoold formé; qualifié
gewettigd autorisé; licite; légitime; qualifié autorisé; de façon légitime; en règle; licite; légal; légalement; légitime; légitimement; raisonnable; raisonnablement; valable en droit; valide; à juste titre; équitable; équitablement
oordeelkundig compétent; expert; intelligent; professionnel; qualifié; spécialisé
vakbekwaam compétent; expert; intelligent; professionnel; qualifié; spécialisé
vakkundig compétent; expert; intelligent; professionnel; qualifié; spécialisé
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
onderwezen formé; qualifié
ter zake kundig compétent; expert; intelligent; professionnel; qualifié; spécialisé

Synoniemen voor "qualifié":


Verwante vertalingen van qualifié