Frans
Uitgebreide vertaling voor prendre le bateau (Frans) in het Nederlands
prendre le bateau:
-
prendre le bateau (s'embarquer; embarquer; monter à bord)
aan boord gaan; inschepen; scheep gaan-
aan boord gaan werkwoord (ga aan boord, gaat aan boord, ging aan boord, gingen aan boord, aan boord gegaan)
-
-
prendre le bateau (grimper à bord; embarquer; monter à bord; s'embarquer)
aan boord gaan; aan boord klimmen-
aan boord gaan werkwoord (ga aan boord, gaat aan boord, ging aan boord, gingen aan boord, aan boord gegaan)
-
aan boord klimmen werkwoord (klim aan boord, klimt aan boord, klom aan boord, klommen aan boord, aan boord geklommen)
-
Vertaal Matrix voor prendre le bateau:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
aan boord gaan | embarquer; grimper à bord; monter à bord; prendre le bateau; s'embarquer | |
aan boord klimmen | embarquer; grimper à bord; monter à bord; prendre le bateau; s'embarquer | |
inschepen | embarquer; monter à bord; prendre le bateau; s'embarquer | |
scheep gaan | embarquer; monter à bord; prendre le bateau; s'embarquer |
Computer vertaling door derden: