Overzicht
Frans
Uitgebreide vertaling voor préparé (Frans) in het Nederlands
préparé:
-
préparé (disposé)
-
préparé (fini; prêt; passé; fait; terminé; disposé; achevé; exécuté)
-
préparé (achevé; fait; fini; prêt; exécuté; terminé)
voltooid; klaar; beëindigd; over; afgelopen; gereed; uit; gedaan; af; gepleegd; geëindigd; voorbij-
voltooid bijvoeglijk naamwoord
-
klaar bijvoeglijk naamwoord
-
beëindigd bijvoeglijk naamwoord
-
over bijvoeglijk naamwoord
-
afgelopen bijvoeglijk naamwoord
-
gereed bijvoeglijk naamwoord
-
uit bijvoeglijk naamwoord
-
gedaan bijvoeglijk naamwoord
-
af bijwoord
-
gepleegd bijvoeglijk naamwoord
-
geëindigd bijvoeglijk naamwoord
-
voorbij bijvoeglijk naamwoord
-
-
préparé (armé)
voorbereid; bedacht; gewapend-
voorbereid bijvoeglijk naamwoord
-
bedacht bijvoeglijk naamwoord
-
gewapend bijvoeglijk naamwoord
-
-
préparé (prêt; disponible; disposé)
-
préparé
voorbewerkt-
voorbewerkt bijvoeglijk naamwoord
-
-
préparé (cuit; prêt)
-
préparé (accompli; prêt; fait; terminé; effectué; fini; achevé; cuit)
Vertaal Matrix voor préparé:
Synoniemen voor "préparé":
Computer vertaling door derden: