Frans

Uitgebreide vertaling voor pavillon (Frans) in het Nederlands

pavillon:

pavillon [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le pavillon (gloriette)
    het tuinhuis
    • tuinhuis [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. le pavillon
    het paviljoen
  3. le pavillon
    het prieel; het zomerhuisje; het tuinhuisje
  4. le pavillon (pavillon de l'oreille)
    de oorschelp
  5. le pavillon (drapeau)
    scheepsvlag

pavillon bijvoeglijk naamwoord

  1. pavillon (isolé; indépendant; individuel)
    gescheiden; apart; afzonderlijk; alleenstaand; separaat; op zich; op zichzelf staand; losstaand; vrijstaand

Vertaal Matrix voor pavillon:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
oorschelp pavillon; pavillon de l'oreille pavillon d'oreille
paviljoen pavillon
prieel pavillon
scheepsvlag drapeau; pavillon pavillon de navire
tuinhuis gloriette; pavillon
tuinhuisje pavillon
zomerhuisje pavillon
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afzonderlijk individuel; indépendant; isolé; pavillon autonome; indépendant; isolé; particulier; seul; solitaire; séparé; séparément; à part
alleenstaand individuel; indépendant; isolé; pavillon célibataire; indépendant; isolé; seul
apart individuel; indépendant; isolé; pavillon autonome; baroque; bizarre; bizarrement; capricieux; caractéristique; curieuse; curieux; d'une manière baroque; dingue; drôle; détaché; excentrique; excentriquement; exclusif; exclusivement; exotique; exquis; extraordinaire; extravagant; fantasque; fou; incomparable; indépendant; inimitable; isolé; original; particulier; particulièrement; représentatif; seul; seul de son espèce; singulier; singulière; singulièrement; solitaire; sot; spécial; spécifique; séparé; séparément; typique; typiquement; unique; unique en son genre; uniquement; à part; étrange; étrangement; étranger
gescheiden individuel; indépendant; isolé; pavillon curieux; détaché; particulier; singulier; singulièrement; à part
separaat individuel; indépendant; isolé; pavillon autonome; curieux; détaché; indépendant; isolé; particulier; seul; singulier; singulièrement; solitaire; séparé; séparément; à part
vrijstaand individuel; indépendant; isolé; pavillon indépendant; isolé
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
losstaand individuel; indépendant; isolé; pavillon indépendant; isolé
op zich individuel; indépendant; isolé; pavillon indépendant; isolé
op zichzelf staand individuel; indépendant; isolé; pavillon indépendant; isolé

Synoniemen voor "pavillon":


Wiktionary: pavillon

pavillon
noun
  1. partie de l’oreille
pavillon
noun
  1. bijgebouw of afzonderlijk gelegen afdeling (van een ziekenhuis of gesticht)
  2. een gebouwtje in een tuin voor recreatief gebruik

Cross Translation:
FromToVia
pavillon vaandel ensign — banner
pavillon paviljoen pavilion — structure erected to house exhibits at a fair, etc
pavillon oorschelp pinna — outer ear

Verwante vertalingen van pavillon