Opportunité in het Nederlands vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

opportunité:
- mogelijkheid; kans; gelegenheid; tijdigheid; geschiktheid; wenselijkheid; raadzaamheid; verkoopkans
Wiktionary:
- opportunité → gelegenheid, opportuniteit
- opportunité → kans
Gebruikers suggesties voor opportunité:
- opportuniteit

Frans

Uitgebreide vertaling voor opportunité (Frans) in het Nederlands

l'opportunité (occasion; possibilité; chance; aptitude)
de mogelijkheid; de kans; de gelegenheid
- mogelijkheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- kans [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- gelegenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
l'opportunité (promptitude)
de tijdigheid
- tijdigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
l'opportunité (aptitude; qualification; propriété)
de geschiktheid
- geschiktheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
l'opportunité (désirabilité; intérêt; utilité)
de wenselijkheid
- wenselijkheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
l'opportunité (caractère de ce qui peut être conseillé; utilité)
raadzaamheid
- raadzaamheid [znw.] zelfstandig naamwoord
l'opportunité
de kans; verkoopkans
- kans [de ~] zelfstandig naamwoord
- verkoopkans

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gelegenheid	aptitude; chance; occasion; opportunité; possibilité
geschiktheid	aptitude; opportunité; propriété; qualification
kans	aptitude; chance; occasion; opportunité; possibilité	coup d'audace; optique; perspective; point de vue; risque
mogelijkheid	aptitude; chance; occasion; opportunité; possibilité	chances; occasions; possibilité
raadzaamheid	caractère de ce qui peut être conseillé; opportunité; utilité
tijdigheid	opportunité; promptitude
wenselijkheid	désirabilité; intérêt; opportunité; utilité
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
verkoopkans	opportunité

opportunité

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• opportunité	→ kans	↔ opportunity — chance for advancement, progress or profit