Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. occupant:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor occupant (Frans) in het Nederlands

occupant:

occupant [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'occupant (passager; voyageur)
    de reiziger
    – iemand die een tocht maakt 1
    • reiziger [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • de reiziger kwam laat in het hotel aan1
    de inzittende
    de passagier
    – reiziger die meerijdt 1
    • passagier [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • ik kan drie passagiers meenemen in deze auto1

Vertaal Matrix voor occupant:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inzittende occupant; passager; voyageur
passagier occupant; passager; voyageur voyageur
reiziger occupant; passager; voyageur

Synoniemen voor "occupant":


Wiktionary: occupant

occupant
noun
  1. iemand die bezet, meer in het bijzonder de bezetter van een overwonnen natie in oorlogstijd

Cross Translation:
FromToVia
occupant inzittende occupant — person sitting in a vehicle
occupant bewoner; huurder tenant — occupant

Verwante vertalingen van occupant