Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor naviguer sur (Frans) in het Nederlands

naviguer sur:

naviguer sur werkwoord

  1. naviguer sur (naviguer; voguer)
    varen; navigeren; bevaren
    • varen werkwoord (vaar, vaart, voer, voeren, gevaren)
    • navigeren werkwoord (navigeer, navigeert, navigeerde, navigeerden, genavigeerd)
    • bevaren werkwoord (bevaar, bevaart, bevoer, bevoeren, bevaren)
  2. naviguer sur (foncer sur; aller droit à)
    aansturen op; afstevenen op; afvaren op; afstomen op; aanhouden op
  3. naviguer sur (voguer sur)
    bezeilen
    • bezeilen werkwoord (bezeil, bezeilt, bezeilde, bezeilden, bezeild)

Vertaal Matrix voor naviguer sur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aansturen op ambition; aspiration; but; ce que l'on vise; intention
navigeren navigation
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanhouden op aller droit à; foncer sur; naviguer sur
aansturen op aller droit à; foncer sur; naviguer sur avoir en vue; viser; viser à
afstevenen op aller droit à; foncer sur; naviguer sur
afstomen op aller droit à; foncer sur; naviguer sur
afvaren op aller droit à; foncer sur; naviguer sur
bevaren naviguer; naviguer sur; voguer naviguer
bezeilen naviguer sur; voguer sur
navigeren naviguer; naviguer sur; voguer naviguer; piloter; piloter un avion; voler
varen naviguer; naviguer sur; voguer faire de la voile; naviguer à la voile

Verwante vertalingen van naviguer sur