Mixtion in het Nederlands vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

mixtion:
- mengsel; brouwsel; melange; mengen; melêren; vermengen; mixen; amalgamatie; fusie; versmelting

Frans

Uitgebreide vertaling voor mixtion (Frans) in het Nederlands

la mixtion (brassin; mélange; breuvage; élucubration)
het mengsel; het brouwsel
- mengsel [het ~] zelfstandig naamwoord
- brouwsel [het ~] zelfstandig naamwoord
la mixtion (mélange; mixture; alliage)
het mengsel; de melange
- mengsel [het ~] zelfstandig naamwoord
- melange [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
la mixtion (mixture; mélange; fusion)
mengen; melêren; vermengen; het mixen
- mengen [znw.] zelfstandig naamwoord
- melêren [znw.] zelfstandig naamwoord
- vermengen [znw.] zelfstandig naamwoord
- mixen [het ~] zelfstandig naamwoord
la mixtion (amalgame; mélange; mixture; fusion; union; alliage)
amalgamatie; de fusie; de versmelting
- amalgamatie [znw.] zelfstandig naamwoord
- fusie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- versmelting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
amalgamatie	alliage; amalgame; fusion; mixtion; mixture; mélange; union	amalgamation
brouwsel	brassin; breuvage; mixtion; mélange; élucubration
fusie	alliage; amalgame; fusion; mixtion; mixture; mélange; union	fusion; fusionnement; union
melange	alliage; mixtion; mixture; mélange
melêren	fusion; mixtion; mixture; mélange
mengen	fusion; mixtion; mixture; mélange
mengsel	alliage; brassin; breuvage; mixtion; mixture; mélange; élucubration
mixen	fusion; mixtion; mixture; mélange
vermengen	fusion; mixtion; mixture; mélange
versmelting	alliage; amalgame; fusion; mixtion; mixture; mélange; union
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
mengen		allier; interférer; intervenir; intervenir dans; mixer; mélanger; mêler; s'interposer; se mêler; se mêler de
mixen		actionner; mixer; mélanger; remuer
vermengen		allier; mixer; mélanger; mêler