Frans
Uitgebreide vertaling voor miséreux (Frans) in het Nederlands
miséreux:
-
miséreux (pauvre; nécessiteux; indigent)
arm; behoeftig; minvermogend; kommerlijk; armoedig; onvermogend; noodlijdend; armelijk-
arm bijvoeglijk naamwoord
-
behoeftig bijvoeglijk naamwoord
-
minvermogend bijvoeglijk naamwoord
-
kommerlijk bijvoeglijk naamwoord
-
armoedig bijvoeglijk naamwoord
-
onvermogend bijvoeglijk naamwoord
-
noodlijdend bijvoeglijk naamwoord
-
armelijk bijvoeglijk naamwoord
-
-
le miséreux (traîne-misère; crève-la-faim)
-
le miséreux (misérable)
Vertaal Matrix voor miséreux:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
arm | accoudoir; bras | |
armoedzaaiers | crève-la-faim; miséreux; traîne-misère | |
pauper | misérable; miséreux | |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
arm | indigent; miséreux; nécessiteux; pauvre | de second ordre; faible; indigent; inférieur; mauvais; médiocre; méprisable; pauvre; subalterne |
armelijk | indigent; miséreux; nécessiteux; pauvre | insuffisant; maigre; misérable; misérablement; pauvre; pauvrement |
armoedig | indigent; miséreux; nécessiteux; pauvre | humble; insuffisant; maigre; minable; misérable; misérablement; miteux; passé; pauvre; pauvrement; pouilleux; périmé |
behoeftig | indigent; miséreux; nécessiteux; pauvre | |
kommerlijk | indigent; miséreux; nécessiteux; pauvre | inquiet; soucieux |
minvermogend | indigent; miséreux; nécessiteux; pauvre | |
noodlijdend | indigent; miséreux; nécessiteux; pauvre | |
onvermogend | indigent; miséreux; nécessiteux; pauvre | démuni; pauvre; sans ressources; très pauvre |