Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. marcheur:


Frans

Uitgebreide vertaling voor marcheur (Frans) in het Nederlands

marcheur:

marcheur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le marcheur (jogger; coureur; sprinter)
    de jogger; de loper; de renner; de hardloper; de sprinter
    • jogger [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • loper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • renner [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • hardloper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • sprinter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. le marcheur (coureur cycliste; coureur)
    de wielrenner; de renner
    • wielrenner [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • renner [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. le marcheur (voyageur à pied; piéton)
    voetreiziger

Vertaal Matrix voor marcheur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hardloper coureur; jogger; marcheur; sprinter
jogger coureur; jogger; marcheur; sprinter
loper coureur; jogger; marcheur; sprinter
renner coureur; coureur cycliste; jogger; marcheur; sprinter
sprinter coureur; jogger; marcheur; sprinter coureur; coureur de vitesse; sprinter
voetreiziger marcheur; piéton; voyageur à pied
wielrenner coureur; coureur cycliste; marcheur

Synoniemen voor "marcheur":


Verwante vertalingen van marcheur