Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. maladie:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor maladie (Frans) in het Nederlands

maladie:

maladie [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la maladie (mal)
    de ziekte; het ongemak
    • ziekte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • ongemak [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. la maladie (réclamation; plainte; peine; )
    de klacht; het bezwaar; het klagen; de grief
    • klacht [de ~] zelfstandig naamwoord
    • bezwaar [het ~] zelfstandig naamwoord
    • het klagen [znw.] zelfstandig naamwoord
    • grief [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. la maladie (lit de malade)
    het ziekbed
    • ziekbed [het ~] zelfstandig naamwoord
  4. la maladie
    de ziekte
    • ziekte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor maladie:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bezwaar gémissement; lamentation; mal; maladie; peine; plainte; réclamation apologie; contestation; contredit; défense; objection; opposition; plainte; protestation; réclamation; réplique; résistance
grief gémissement; lamentation; mal; maladie; peine; plainte; réclamation calvaire; châtiment; offense; supplice; tenaillement; tourment
het klagen gémissement; lamentation; mal; maladie; peine; plainte; réclamation
klacht gémissement; lamentation; mal; maladie; peine; plainte; réclamation
ongemak mal; maladie désagrément; embarras; gêne; inconfort; mal
ziekbed lit de malade; maladie
ziekte mal; maladie

Synoniemen voor "maladie":


Wiktionary: maladie

maladie
noun
  1. maladie
maladie
noun
  1. (medisch, nld): een gezondheidsprobleem

Cross Translation:
FromToVia
maladie ziekte disease — an abnormal condition of the body causing discomfort or dysfunction
maladie ziekte illness — an instance of a disease or poor health

Verwante vertalingen van maladie