Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. légalité:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor légalité (Frans) in het Nederlands

légalité:

légalité [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la légalité (légitimité)
    de legitimiteit; de wettigheid
  2. la légalité (validité; force de loi; légitimité; vigueur)
    de geldigheid; de gelding
    • geldigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • gelding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. la légalité (validité de loi; équité; légitimité; bien-fondé; force de loi)
    de rechtmatigheid; de rechtsgeldigheid; de wettigheid
  4. la légalité
    de legaliteit

Vertaal Matrix voor légalité:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
geldigheid force de loi; légalité; légitimité; validité; vigueur défendabilité; justesse d'argumentation; validité
gelding force de loi; légalité; légitimité; validité; vigueur
legaliteit légalité
legitimiteit légalité; légitimité légitimité
rechtmatigheid bien-fondé; force de loi; légalité; légitimité; validité de loi; équité
rechtsgeldigheid bien-fondé; force de loi; légalité; légitimité; validité de loi; équité
wettigheid bien-fondé; force de loi; légalité; légitimité; validité de loi; équité

Synoniemen voor "légalité":


Wiktionary: légalité

légalité
noun
  1. caractère de ce qui est légal.

Cross Translation:
FromToVia
légalité wettigheid legality — lawfulness