Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor l'emporter sur (Frans) in het Nederlands

l'emporter sur:

l'emporter sur werkwoord

  1. l'emporter sur (dominer; avoir le dessus; contrôler; maîtriser)
    overheersen; domineren; de overhand hebben
    • overheersen werkwoord (overheers, overheerst, overheerste, overheersten, overheerst)
    • domineren werkwoord (domineer, domineert, domineerde, domineerden, gedomineerd)
    • de overhand hebben werkwoord (heb de overhand, hebt de overhand, heeft de overhand, had de overhand, hadden de overhand, de overhand gehad)
  2. l'emporter sur (surenchérir; dépasser; surpasser)
    overbieden
    • overbieden werkwoord (overbied, overbiedt, overbood, overboden, overboden)
  3. l'emporter sur (surpasser; dépasser; dévancer; surenchérir)
    overtreffen; voorbijstreven
    • overtreffen werkwoord (overtref, overtreft, overtrof, overtroffen, overtroffen)
    • voorbijstreven werkwoord (streef voorbij, streeft voorbij, streefde voorbij, streefden voorbij, voorbij gestreefd)
  4. l'emporter sur (dépasser; surpasser; dévancer)
    overtreffen
    • overtreffen werkwoord (overtref, overtreft, overtrof, overtroffen, overtroffen)

Vertaal Matrix voor l'emporter sur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
overtreffen fait de l'emporter sur
voorbijstreven dépassement
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
de overhand hebben avoir le dessus; contrôler; dominer; l'emporter sur; maîtriser dominer; gouverner; régner
domineren avoir le dessus; contrôler; dominer; l'emporter sur; maîtriser
overbieden dépasser; l'emporter sur; surenchérir; surpasser
overheersen avoir le dessus; contrôler; dominer; l'emporter sur; maîtriser commander; diriger; dominer; gouverner; maîtriser; régir; régner
overtreffen dépasser; dévancer; l'emporter sur; surenchérir; surpasser briller; exceller
voorbijstreven dépasser; dévancer; l'emporter sur; surenchérir; surpasser

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van l'emporter sur