Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. injure:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor injure (Frans) in het Nederlands

injure:

injure [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'injure (gros mot; insulte)
    het scheldwoord
  2. l'injure (insulte; affront)
    de beschimping; de belediging; de spot; de schamp
    • beschimping [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • belediging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • spot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • schamp [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. l'injure (blessure; atteinte; meurtrissure)
    de kwetsing; de krenking
    • kwetsing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • krenking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor injure:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
belediging affront; injure; insulte offense
beschimping affront; injure; insulte
krenking atteinte; blessure; injure; meurtrissure offense
kwetsing atteinte; blessure; injure; meurtrissure
schamp affront; injure; insulte
scheldwoord gros mot; injure; insulte
spot affront; injure; insulte diffamation; dédain; dérision; flash; flash publicitaire; honte; insulte; ironie; moquerie; mépris; objet de risée; outrage; paroles humiliantes; raillerie; risée; sarcasme; spot; spot publicitaire

Synoniemen voor "injure":


Wiktionary: injure

injure
noun
  1. archaïque|fr injustice.
injure
noun
  1. een term die bedoeld is om iets of iemand te beledigen

Cross Translation:
FromToVia
injure belediging Beleidigung — jede Verletzung der persönlichen Ehre eines anderen