Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. housse:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor housse (Frans) in het Nederlands

housse:

housse [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'housse (couverture)
    de overtrek
    • overtrek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. l'housse (drap-housse; pochette)
    het hoeslaken

Vertaal Matrix voor housse:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hoeslaken drap-housse; housse; pochette
overtrek couverture; housse

Synoniemen voor "housse":


Wiktionary: housse

housse
noun
  1. Couvertures d’étoffe légère dont on se sert pour couvrir les meubles
housse
noun
  1. een bescherming die om een -meest vlak- voorwerp wordt aangebracht

Verwante vertalingen van housse