Fureur in het Nederlands vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

fureur:
- furore; furie; razernij; dolheid; woede; toorn; giftigheid; kwaadheid; grimmigheid; verbolgenheid
Wiktionary:
- fureur → woede, razernij
- fureur → woede, boosheid, gramschap, toorn, rancune

Frans

Uitgebreide vertaling voor fureur (Frans) in het Nederlands

la fureur
de furore
- furore [de ~] zelfstandig naamwoord
la fureur (furie)
de furie; de razernij; de dolheid
- furie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- razernij [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- dolheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la fureur (folie; délire; furie; rage; courroux; frénésie; virulence)
de woede; de toorn; de giftigheid; de kwaadheid; de razernij
- woede [de ~] zelfstandig naamwoord
- toorn [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- giftigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- kwaadheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- razernij [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la fureur (colère; rage)
de grimmigheid
- grimmigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la fureur (colère; courroux)
de verbolgenheid
- verbolgenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dolheid	fureur; furie
furie	fureur; furie
furore	fureur
giftigheid	courroux; délire; folie; frénésie; fureur; furie; rage; virulence	bassesse; courroux; délire; malignité; malveillance; méchanceté; perfidie; poison; toxique; venimosité; venin; vilenie; virulence
grimmigheid	colère; fureur; rage
kwaadheid	courroux; délire; folie; frénésie; fureur; furie; rage; virulence
razernij	courroux; délire; folie; frénésie; fureur; furie; rage; virulence
toorn	courroux; délire; folie; frénésie; fureur; furie; rage; virulence
verbolgenheid	colère; courroux; fureur
woede	courroux; délire; folie; frénésie; fureur; furie; rage; virulence

fureur

noun

fureur

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• fureur	→ woede; boosheid	↔ anger — A strong feeling of displeasure, hostility or antagonism towards someone or something
• fureur	→ gramschap; woede; toorn	↔ wrath — great anger
• fureur	→ rancune	↔ Ingrimm — veraltet: starker Groll oder Zorn