Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. fausseur:


Frans

Uitgebreide vertaling voor fausseur (Frans) in het Nederlands

fausseur:

fausseur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le fausseur (menteur; trompeur; fabulateur)
    de leugenaar; de jokkebrok; leugenbeest

Vertaal Matrix voor fausseur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
jokkebrok fabulateur; fausseur; menteur; trompeur
leugenaar fabulateur; fausseur; menteur; trompeur
leugenbeest fabulateur; fausseur; menteur; trompeur