Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. faisant la paire:


Frans

Uitgebreide vertaling voor faisant la paire (Frans) in het Nederlands

faisant la paire:

faisant la paire bijvoeglijk naamwoord

  1. faisant la paire (allant ensemble)
    bij elkaar horend

Vertaal Matrix voor faisant la paire:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bij elkaar horend allant ensemble; faisant la paire

Verwante vertalingen van faisant la paire