Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. faire un bond:


Frans

Uitgebreide vertaling voor faire un bond (Frans) in het Nederlands

faire un bond:

faire un bond werkwoord

  1. faire un bond (sauter en l'air; bondir)
    springen; opspringen
    • springen werkwoord (spring, springt, sprong, sprongen, gesprongen)
    • opspringen werkwoord (spring op, springt op, sprong op, sprongen op, opgesprongen)

Vertaal Matrix voor faire un bond:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
springen saut à terre
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
opspringen bondir; faire un bond; sauter en l'air
springen bondir; faire un bond; sauter en l'air bondir; crevasser; crever; exploder; exploser; faire explosion; fendre; péter; sauter; se fendre; se fissurer; se fêler; se gercer; éclater; éclater en morceaux

Verwante vertalingen van faire un bond