Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. fabulateur:


Frans

Uitgebreide vertaling voor fabulateur (Frans) in het Nederlands

fabulateur:

fabulateur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le fabulateur (menteur; fausseur; trompeur)
    de leugenaar; de jokkebrok; leugenbeest
  2. le fabulateur (rêveur; songeur; utopiste)
    de utopist; de dromer; de fantast
    • utopist [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • dromer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • fantast [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fabulateur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dromer fabulateur; rêveur; songeur; utopiste
fantast fabulateur; rêveur; songeur; utopiste
jokkebrok fabulateur; fausseur; menteur; trompeur
leugenaar fabulateur; fausseur; menteur; trompeur
leugenbeest fabulateur; fausseur; menteur; trompeur
utopist fabulateur; rêveur; songeur; utopiste

Synoniemen voor "fabulateur":