Frans
Uitgebreide vertaling voor détaché (Frans) in het Nederlands
détaché:
-
détaché (singulier; à part; singulièrement; curieux; particulier)
gescheiden; apart; los van elkaar; separaat-
gescheiden bijvoeglijk naamwoord
-
apart bijvoeglijk naamwoord
-
los van elkaar bijvoeglijk naamwoord
-
separaat bijvoeglijk naamwoord
-
-
détaché
-
détaché
losgemaakt-
losgemaakt bijvoeglijk naamwoord
-
-
détaché (impitoyable; insensible; indifféremment; impassible; impitoyablement; froid; sans coeur; avec indifférence; indifférent; impassiblement)
emotieloos; gevoelloos; liefdeloos; ongevoelig; zielloos; harteloos; hard; hardvochtig-
emotieloos bijvoeglijk naamwoord
-
gevoelloos bijvoeglijk naamwoord
-
liefdeloos bijvoeglijk naamwoord
-
ongevoelig bijvoeglijk naamwoord
-
zielloos bijvoeglijk naamwoord
-
harteloos bijvoeglijk naamwoord
-
hard bijvoeglijk naamwoord
-
hardvochtig bijvoeglijk naamwoord
-
-
détaché (pas intéressé; indifférent; indifféremment; je-m'en-fichiste)
onverschillig; ongeïnteresseerd-
onverschillig bijvoeglijk naamwoord
-
ongeïnteresseerd bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor détaché:
Synoniemen voor "détaché":
Computer vertaling door derden: