Overzicht
Frans naar Nederlands: Meer gegevens...
-
décisif:
- doorslaggevend; beslissend; leidend; eerste; aanvoerend; noodzakelijk; essentieel; cruciaal; elementair; vereist; toonaangevend; dominant; vooraanstaande; maatgevend; gezaghebbend; onmisbaar; onontbeerlijk; wezenlijk; overtuigend; afdoend; definitieve; kardinaal; voornaamst; meestens; overwegend; vitaal; van levensbelang
-
Wiktionary:
- décisif → afdoend, beslissend, doorslaggevend, noodlottig, cruciaal
Frans
Uitgebreide vertaling voor décisif (Frans) in het Nederlands
décisif:
-
décisif (concluant; déterminant; prépondérant; décisivement)
-
décisif (premier; en premier lieu; en avant; sur le devant; en tête; décisive; qui fait autorité; d'abord; à l'avant)
leidend; eerste; aanvoerend-
leidend bijvoeglijk naamwoord
-
eerste bijvoeglijk naamwoord
-
aanvoerend bijvoeglijk naamwoord
-
-
décisif (essentiel; indispensable; élementaire; fondamental; crucial)
-
décisif (éminent; notable; décisive; en tête; d'abord; premier; en avant; à l'avant; en premier lieu; sur le devant; qui fait autorité; qui donne le ton)
toonaangevend; dominant; vooraanstaande; maatgevend; gezaghebbend-
toonaangevend bijvoeglijk naamwoord
-
dominant bijvoeglijk naamwoord
-
vooraanstaande bijvoeglijk naamwoord
-
maatgevend bijvoeglijk naamwoord
-
gezaghebbend bijvoeglijk naamwoord
-
-
décisif (indispensable; nécessairement; essentiel; essentielle; élémentaire; inéluctable; intrinsèque; inévitable; vital; foncièrement; de première nécessité; critique; fondamental; crucial; de base)
onmisbaar; noodzakelijk; essentieel; onontbeerlijk; wezenlijk-
onmisbaar bijvoeglijk naamwoord
-
noodzakelijk bijvoeglijk naamwoord
-
essentieel bijvoeglijk naamwoord
-
onontbeerlijk bijvoeglijk naamwoord
-
wezenlijk bijvoeglijk naamwoord
-
-
décisif (catégorique; convaincant; concluant; persuasive; efficace; persuasif; péremptoire; d'une façon convaincante)
overtuigend; beslissend; afdoend-
overtuigend bijvoeglijk naamwoord
-
beslissend bijvoeglijk naamwoord
-
afdoend bijvoeglijk naamwoord
-
-
décisif (définitif; irrévocable; ultime; final)
definitieve-
definitieve bijvoeglijk naamwoord
-
-
décisif (cardinal; essentiel; critique; central; fondamental; vital; crucial)
kardinaal; voornaamst; cruciaal-
kardinaal bijvoeglijk naamwoord
-
voornaamst bijvoeglijk naamwoord
-
cruciaal bijvoeglijk naamwoord
-
-
décisif (déterminant)
-
décisif (d'intérêt vital; critique; vital; crucial)
Vertaal Matrix voor décisif:
Synoniemen voor "décisif":
Wiktionary: décisif
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• décisif | → afdoend; beslissend; doorslaggevend | ↔ decisive — having the power or quality of deciding a question or controversy |
• décisif | → noodlottig | ↔ fateful — momentous, significant, setting or sealing ones fate |
• décisif | → cruciaal | ↔ entscheidend — folgende Entwicklungen grundlegend bestimmend |