Frans
Uitgebreide vertaling voor d'urgence (Frans) in het Nederlands
d'urgence:
-
d'urgence (inévitable; irrévocable; irréfutable; nécessaire; certain; définitif; nécessairement; inéluctable; définitivement)
onvermijdelijk; onontkoombaar; onafwendbaar; onherroepelijk-
onvermijdelijk bijvoeglijk naamwoord
-
onontkoombaar bijvoeglijk naamwoord
-
onafwendbaar bijvoeglijk naamwoord
-
onherroepelijk bijvoeglijk naamwoord
-
-
d'urgence (urgent; avec urgence; pressant; imminent; serré; pressé)
dringend; met spoed; urgent; spoedeisend; klemmend-
dringend bijvoeglijk naamwoord
-
met spoed bijvoeglijk naamwoord
-
urgent bijvoeglijk naamwoord
-
spoedeisend bijvoeglijk naamwoord
-
klemmend bijvoeglijk naamwoord
-
-
d'urgence (indispensable; nécessaire; urgemment; grand besoin; de toute nécessité; pressant; bon besoin)