Croisée in het Nederlands vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

croisée:
- splitsing; wegsplitsing; driesprong; kruispunt; kruising; punt waar lijnen elkaar kruisen; overtocht; overvaart; kruisriem
Wiktionary:
- croisée → kruispunt, kruisvenster

Frans

Uitgebreide vertaling voor croisée (Frans) in het Nederlands

la croisée (trifurcation; fourche; embranchement; bifurcation; carrefour; ramification; point d'intersection)
de splitsing; de wegsplitsing; de driesprong
- splitsing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- wegsplitsing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- driesprong [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
la croisée (croisement; carrefour; intersection)
het kruispunt; de kruising; punt waar lijnen elkaar kruisen
- kruispunt [het ~] zelfstandig naamwoord
- kruising [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- punt waar lijnen elkaar kruisen [znw.] zelfstandig naamwoord
la croisée (traversée; passage; voyage par mer)
de overtocht; de overvaart
- overtocht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- overvaart [de ~] zelfstandig naamwoord
la croisée (croix)
kruisriem
- kruisriem [znw.] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
driesprong	bifurcation; carrefour; croisée; embranchement; fourche; point d'intersection; ramification; trifurcation
kruising	carrefour; croisement; croisée; intersection	carrefour; jonction; point d'intersection
kruispunt	carrefour; croisement; croisée; intersection	carrefour; croisement; embranchement; jonction; noeud; noeud routier; point d'intersection
kruisriem	croisée; croix
overtocht	croisée; passage; traversée; voyage par mer
overvaart	croisée; passage; traversée; voyage par mer
punt waar lijnen elkaar kruisen	carrefour; croisement; croisée; intersection
splitsing	bifurcation; carrefour; croisée; embranchement; fourche; point d'intersection; ramification; trifurcation	bifurcation; carrefour; embranchement; fourche; jonction; point d'intersection; ramification
wegsplitsing	bifurcation; carrefour; croisée; embranchement; fourche; point d'intersection; ramification; trifurcation	bifurcation; branchement; carrefour; embranchement; fourche; fourchette; jonction; point d'intersection

croisée

noun

Endroit où deux choses et spécialement deux routes se croisent
- croisée → kruispunt
(vieilli) Châssis d’une fenêtre, généralement en forme de croix
- croisée → kruisvenster

Computer vertaling door derden: