Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor coups (Frans) in het Nederlands

coups:

coups [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le coups (coups de poing; claques; coups durs; gifles)
    de handtastelijkheden; de vuistslagen; de klappen; de opdonders
  2. le coups (battements)
    het geklop
    • geklop [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. le coups (coups secs; boums)
    de klappen; de knallen; de smakken
    • klappen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • knallen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • smakken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  4. le coups
    scheutjes

Vertaal Matrix voor coups:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
geklop battements; coups
handtastelijkheden claques; coups; coups de poing; coups durs; gifles
klappen boums; claques; coups; coups de poing; coups durs; coups secs; gifles acclamation; applaudissement; battement de mains; ovation
knallen boums; coups; coups secs
opdonders claques; coups; coups de poing; coups durs; gifles coups durs
scheutjes coups
smakken boums; coups; coups secs action de bouffer; action de bâfrer; action de faire du bruit en mangeant; grondement
vuistslagen claques; coups; coups de poing; coups durs; gifles
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
klappen acclamer; applaudir; avoir de la conversation; bavarder; cancaner; caqueter; causer; clapoter; dire; discuter; exploder; exploser; jacasser; jaser; papoter; parler; prononcer; raconter; éclater
knallen détoner; faire claquer; gronder; tonner; éclater
smakken détoner; faire du bruit en mangeant; jeter par terre; s'en lécher les babines

Synoniemen voor "coups":


Verwante vertalingen van coups