Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. contusion:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor contusion (Frans) in het Nederlands

contusion:

contusion [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la contusion (meurtrissure; atteinte; blessure)
    de kneuzing; gekneusd zijn
  2. la contusion (bosse; bleu; lésion; meurtrissure; froissement)
    de kneuzing; kneuswond; het letsel; de bult; de buil
    • kneuzing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • kneuswond [znw.] zelfstandig naamwoord
    • letsel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • bult [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • buil [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. la contusion (petit bouton sur le corps; enflure 2; bulle; )
    de steenpuist; het puistje; de pukkel; het bultje; het bobbeltje
    • steenpuist [de ~] zelfstandig naamwoord
    • puistje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • pukkel [de ~] zelfstandig naamwoord
    • bultje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • bobbeltje [het ~] zelfstandig naamwoord
  4. la contusion (enflure; gonflement; bouton; )
    de opzetting; opgezwollen plek; de zwelling

Vertaal Matrix voor contusion:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bobbeltje abcès; ampoule; bosse; bubon; bulle; contusion; enflure; enflure 2; gonflement; lésion; meurtrissure; petit bouton sur le corps; quignon; tumeur; tuméfaction
buil bleu; bosse; contusion; froissement; lésion; meurtrissure abcès; ampoule; bosse; bouffissure; boule; bubon; enflure; gonflement; grosseur; meurtrissure; renflement; tumeur; tuméfaction
bult bleu; bosse; contusion; froissement; lésion; meurtrissure abcès; ampoule; bosse; bossu; bouffissure; boule; bubon; butte; colline; enflure; gonflement; grosseur; meurtrissure; monticule; renflement; tumeur; tuméfaction; élévation
bultje abcès; ampoule; bosse; bubon; bulle; contusion; enflure; enflure 2; gonflement; lésion; meurtrissure; petit bouton sur le corps; quignon; tumeur; tuméfaction
gekneusd zijn atteinte; blessure; contusion; meurtrissure
kneuswond bleu; bosse; contusion; froissement; lésion; meurtrissure
kneuzing atteinte; blessure; bleu; bosse; contusion; froissement; lésion; meurtrissure
letsel bleu; bosse; contusion; froissement; lésion; meurtrissure blessure; lésion; plaie; traumatisme
opgezwollen plek abcès; ampoule; bosse; bouton; bubon; bulle; contusion; enflure; gonflement; lésion; meurtrissure; quignon; tumeur; tuméfaction abcès; ampoule; bosse; bouffissure; bubon; enflure; gonflement; meurtrissure; tumeur; tuméfaction
opzetting abcès; ampoule; bosse; bouton; bubon; bulle; contusion; enflure; gonflement; lésion; meurtrissure; quignon; tumeur; tuméfaction abcès; ampoule; bosse; bubon; enflure; gonflement; meurtrissure; tumeur; tuméfaction
puistje abcès; ampoule; bosse; bubon; bulle; contusion; enflure; enflure 2; gonflement; lésion; meurtrissure; petit bouton sur le corps; quignon; tumeur; tuméfaction
pukkel abcès; ampoule; bosse; bubon; bulle; contusion; enflure; enflure 2; gonflement; lésion; meurtrissure; petit bouton sur le corps; quignon; tumeur; tuméfaction abcès; ampoule; bosse; bouton; bubon; enflure; furoncle; gonflement; meurtrissure; tumeur; tuméfaction
steenpuist abcès; ampoule; bosse; bubon; bulle; contusion; enflure; enflure 2; gonflement; lésion; meurtrissure; petit bouton sur le corps; quignon; tumeur; tuméfaction bouffissure; enflure; furoncle
zwelling abcès; ampoule; bosse; bouton; bubon; bulle; contusion; enflure; gonflement; lésion; meurtrissure; quignon; tumeur; tuméfaction abcès; ampoule; bosse; bouffissure; bubon; enflure; gonflement; meurtrissure; tumeur; tuméfaction

Synoniemen voor "contusion":


Wiktionary: contusion

contusion
noun
  1. lésion produire par un corps contondant.
contusion
noun
  1. een onderhuidse beschadiging van het zachte weefsel, veelal veroorzaakt door een bot voorwerp of een val

Cross Translation:
FromToVia
contusion → [[blauwe plek]] bruise — medical: mark on the skin