Confidence in het Nederlands vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

confidence:
- vertrouwen; confidentie; fiducie; geloof; sereniteit; gemoedsrust; rust; gerustheid; ontboezeming; gemoedsuiting

Frans

Uitgebreide vertaling voor confidence (Frans) in het Nederlands

la confidence (confiance; persuasion; conviction)
het vertrouwen; de confidentie; de fiducie; het geloof
- vertrouwen [het ~] zelfstandig naamwoord
- confidentie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- fiducie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- geloof [het ~] zelfstandig naamwoord
la confidence (tranquillité d'esprit; tranquillité; sérénité; paix; calme; lucidité; confiance)
de sereniteit; de gemoedsrust; de rust; de gerustheid
- sereniteit [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- gemoedsrust [de ~] zelfstandig naamwoord
- rust [de ~] zelfstandig naamwoord
- gerustheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la confidence (épanchement; confession; aveu)
de ontboezeming; gemoedsuiting
- ontboezeming [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- gemoedsuiting [znw.] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
confidentie	confiance; confidence; conviction; persuasion
fiducie	confiance; confidence; conviction; persuasion
geloof	confiance; confidence; conviction; persuasion	conception de la vie; confession; conviction religieuse; convictions; croyance; croyances religieuses; culte; disposition; esprit; foi; humeur; philosophie; religion; état d'âme
gemoedsrust	calme; confiance; confidence; lucidité; paix; sérénité; tranquillité; tranquillité d'esprit
gemoedsuiting	aveu; confession; confidence; épanchement
gerustheid	calme; confiance; confidence; lucidité; paix; sérénité; tranquillité; tranquillité d'esprit
ontboezeming	aveu; confession; confidence; épanchement
rust	calme; confiance; confidence; lucidité; paix; sérénité; tranquillité; tranquillité d'esprit	calme; paix; quiétude; sérénité; temps de repos; tranquillité
sereniteit	calme; confiance; confidence; lucidité; paix; sérénité; tranquillité; tranquillité d'esprit
vertrouwen	confiance; confidence; conviction; persuasion	confiance
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
vertrouwen		avoir confiance; se fier à